Industriële gebieden aan de rand van een stad fascineren me, vooral in het weekend als alles rustig is. Graag fiets ik af en toe in het Westpoort-gebied in Amsterdam. Daar vindt men de architectonische vormen van de grijze glimmende dozen van de distributiecentra, de grote witte olieopslagtanks, de containerschepen en bergen kolen. Het voelt als een bijna verlaten stad waar de natuur het elk moment weer kan overnemen. Misschien zou je het niet verwachten in gebieden als deze, maar er is een grote verscheidenheid aan flora en fauna die het groen en water bewonen in de ruimtes tussen deze gebouwen en machines. Samen maken ze deel uit van de eco-structuur van de stad en zijn ze belangrijk voor de toekomstige gezondheid van de binnenstad.

Aan de Kabelweg, vlakbij het Westerpark, maar nu nog in het industriegebied, ligt een geweldige 31.000 m2 grote kans. Naast de verhoogde snelweg in het westen en boven een spoorlijn in het zuiden ligt een goed bereikbaar ongebruikt stuk land met bomen, water, wilde inheemse planten en een talud richting de snelweg. De natuur wil het hier overnemen, zelfs tussen de damwanden proberen bomen te groeien.

Na 2029, als onderdeel van Havenstad, zal een woonwijk worden gebouwd in dit deel van de stad. Naar mijn mening zou het zonde zijn om woningen op dit perceel te bouwen, dus waarom zou je dit stuk land niet alvast claimen als een publieke groene ruimte die past bij de omgeving, die de eco-structuur verbetert en een verbinding maakt met het Westerpark (zie mijn Gartenpark-ontwerp). Voor de werknemers in dit gebied creëer je een waardevolle ontmoetingsplaats en de buurt wordt meteen veel aantrekkelijker, zodat toekomstige bewoners er ook graag willen wonen.